Innovatie in de zorg komt moeilijk van de grond door jarenlange procedures en ondoorgrondelijke bureaucratie. Ondernemers in de zorg beklagen zich daarover in het Financieele Dagblad.
Ontwikkelaars van medische hulpmiddelen en technologie stellen in het bericht dat het in ons land wel erg lang duurt voordat vernieuwingen worden toegelaten tot het nationale gezondheidsstelsel.
Pas dan wordt een innovatie vergoed en kunnen fabrikanten hun investeringen terugverdienen. En dat terwijl het Europese goedkeuringsproces dan al is doorlopen en de producten formeel al door artsen en ziekenhuizen mogen worden gebruikt.
Volgens branchevereniging Holland Health Tech blijkt uit een enquête dat slechts 19 procent van de start-ups met innovaties in medische technologie tot het vergoedingensysteem weet door te dringen. Een andere belangenorganisatie, Nefemed (medische hulpmiddelen), heeft er moeite mee dat de focus bij toelating vooral op de kosten ligt. “Er zijn veel innovaties die duur lijken, maar waardoor iemand wel snel weer aan het werk kan. Dan zijn de kosten voor de zorgverzekeraar hoger, maar de maatschappij profiteert er wel van”, aldus voorzitter Roelf van Run.
Nefarma-directeur Michel Dutrée voert dezelfde discussie vanuit de geneesmiddelensector. Ook voor beloftevolle nieuwe medicijnen geldt dat ze na registratie nog een heel traject moeten afleggen om in het verzekerde pakket te worden opgenomen. Tot die tijd kunnen patiënten niet profiteren van de nieuwste behandelmethoden.
In nauw overleg met het ministerie van Volksgezondheid en Zorginstituut Nederland is daarom afgesproken om voor bepaalde nieuwe middelen een traject van voorwaardelijke toelating te starten. “Maar nu is het zaak dat we die procedures ook daadwerkelijk in beweging trekken”, vindt de Nefarma-directeur. “Op papier klinkt het leuk, nu de praktijk!”
“De zorg heeft grote behoefte aan verdere vernieuwing”, zegt Dutrée. “Natuurlijk hebben we allemaal belang bij een zorgvuldige afweging en vanzelfsprekend spelen ook de kosten van nieuwe producten daarbij een rol. Maar het is eeuwig zonde als de vooruitgang wordt vermorzeld in de radertjes van de bureaucratie.”